Periode aanleg:
Vaak krijgen wij de vraag in welke periode de graszoden het beste kunnen worden gelegd. Het antwoord op deze vraag is verrassend simpel: graszoden kun je het hele jaar door leggen, tenzij de ondergrond is bevroren óf door zware regenval te nat is. Dit houdt in de praktijk in dat de keuze voor het leggen vaak valt in de periode van Maart tot en met November, maar in een zachte winter kun je ook in de andere maanden de graszoden aanleggen. Ook wanneer het kort na de aanleg van het gazon gaat vriezen, zullen de graszoden niet afsterven. Net als met het andere groen in de tuin, zal de groei van de graszoden en het verder wortelen weer op gang komen zodra het buiten weer warmer.
Voorbereiding:
Als de periode voor het leggen is bepaald en de graszoden zijn besteld, kan het voorbewerken van de tuin beginnen. Je begint met de grond om te spitten. Dit kan met behulp van een spade of voor grote oppervlaktes met een gemotoriseerde grondfrees. Wanneer je een bestaand gazon gaat vernieuwen, dien je de oude zoden bij voorkeur af te steken en af te voeren alvorens de grond om te gaan spitten. Ons advies is om de grond ongeveer 25 tot 30 cm diep om te spitten. Bij de aanleg van een nieuw gazon is het verstandig de ondergrond eerst ongeveer 50 cm diep los te maken. Denk hierbij aan een nieuwbouwsituatie waar tijdens de bouw vaak met zwaar materieel over de grond is gereden. Hierdoor is de grond samengeperst door het gewicht hiervan. In deze situatie is het aan te bevelen de grond wat dieper om te spitten zodat er weer lucht in de grond komt. Ook kan op deze manier bouwafval, wat onverhoopt in de grond is blijven zitten, worden verwijderd. Voor een mooi gazon moet er een minimum van 30 cm zwarte grond onder de graszoden zitten.
Nadat je de grond hebt los gemaakt, ga je de grond aandrukken en weer vlak maken. Het aandrukken kan door deze voetje voor voetje aan te lopen. Dit is de snelste en beste manier voor kleine oppervlaktes. Voor wat grotere oppervlaktes gebruik een wals (70kg) om de grond aan te rollen. Hierdoor wordt de ondergrond vastgedrukt. Hier heb je ook de gelegenheid overtollige grond af te voeren of deze aan te vullen. Onze graszoden hebben een hoogte van +/- 1,5 Ã 2 cm. Deze hoogte kun je hanteren voor een mooie aansluiting op je straatwerk of vlonder.
Â
Goed aangedrukte grond is de basis voor een mooi gazon. Hierdoor voorkom je dat de grond bij regenval inzakt, wat later als gevolg een onregelmatig gazon oplevert. Werken in de natte grond is niet aan te raden. Wacht tot de grond voldoende droog is. Daarna kun je de bovenste laag doormiddel van een hark egaliseren, maar het beste resultaat krijg je door met een plank over de grond te schaven. Dit noemen we afrijen. Door het afrijen voorkom je putten, bulten en een oneffen maaihoogte. Na het afrijen ben je er bijna klaar voor: de graszoden kunnen uitgerold worden!
Aanleg:
Rol de zoden zo snel mogelijk na ontvangst uit. Zorg dat de graszoden strak tegen elkaar komen te liggen. Langs de omtrek van het gazon de zijkanten aanvullen met grond, om uitdroging van de randen te voorkomen. Bij warm en zonnig weer meteen al water geven!
De graszoden bestaan uit levend materiaal en vragen daarom om een goede verzorging. In opgerolde toestand blijven de rollen ongeveer 24 uur in goede conditie, bij kouder weer kunnen de graszoden iets langer opgerold goed blijven. Dit voorkomt uitdroging. Mocht het (bij warm weer) direct leggen van de graszoden niet mogelijk zijn, dan is uitrollen en met water besproeien noodzakelijk.
Na het leggen van de graszoden, is stevig aanrollen of aankloppen belangrijk. Dit doen we zodat ze goed contact met de ondergrond te krijgen. Na het aandrukken dien je de graszoden goed nat te maken. Bij zonnig weer zeker niet tot ’s avonds wachten, maar direct aan de slag met de sproeier!
Sproeien:
Zolang de zoden nog niet zijn vastgegroeid, is voldoende water geven van groot belang voor het succes. De eerste paar weken mag de sproeier er wel 2 tot 3 keer per dag op. Het gras heeft dit, vooral in de felle zon, hard nodig. ’s Nachts verdrogen de zoden niet. Leg je de graszoden in een regenachtige maand, dan hoef je natuurlijk wat minder te sproeien. Vier tot zes weken na het uitrollen, zijn de graszoden vastgegroeid. Het gevaar van uitdrogen is dan veel minder groot. Vanaf nu is het bij droogte beter 1 keer per week ’s avonds te sproeien.
Maaien
Afhankelijk van het jaargetijde, zal er vrij snel na het leggen gemaaid moeten worden. Meestal is dat al na 10 dagen het geval. De maaimachine moet scherp en op de juiste maaihoogte afgesteld zijn. De juiste maaihoogte voor speelgazons is 3,5 cm hoogte.
Â
